top of page
0ae91d12-698a-495c-af45-8051054a2ee0.jfif

Erfgoedelement: Wissenhandel De Wolf

Ooit al eens nagedacht over het spreekwoord ‘door de mand vallen’? Het is geen toeval dat het spreekwoord in deze gebieden is ontstaan. Het spreekwoord komt eigenlijk van een oude straf die vroeger werd toegepast. Daarbij werd een veroordeelde in een mand boven het water gehangen, zonder eten of drinken, maar met een mes bij zich. Hij werd door de toeschouwers ook nog bekogeld door allerlei viezigheid, die bij hem in de mand vielen. Als hij het niet langer kon volhouden, sneed hij het touw door en viel hij in het water. Het spreekwoord ontstond net in de gebieden rond de Schelde want daar waren voornamelijk de mandenmakers van het land.  
Dit onopvallende, bakstenen rijhuis is “Wissenhandel De Wolf”. Het gebouw dateert uit het derde kwart van de 19de eeuw. Links ervan bevindt zich een aangebouwde opslagplaats met een brede inrijpoort omgeven door blinde vensters. Het gebouw is vrij goed bewaard gebleven. Voor het gebouw loopt er een hoofdweg, de N419. De reden voor de ligging van het gebouw is dat het centraal aan de verbindingsweg ligt, dat is commercieel belangrijk omdat het waarschijnlijk één van de weinige gekasseide wegen in het dorp was. Dit was belangrijk voor het vlotte transport van de wijmen.  
Vandaag is “Wissenhandel De Wolf’’ in gebruik als woning. Vroeger was het een winkel, met daarnaast een opslagplaats. Wat we er nu van zien is eigenlijk een heel klein deel van waar het eigenlijk om gaat. Het is namelijk een verwijzing naar de wissen-/ wijmenteelt in de 19de eeuw. Vooral in de gebieden langs de Schelde was het bekend, want de gronden langs de Schelde zijn uiterst geschikt voor wijmenteelt. Wijmen hebben namelijk een vochtige grond, veel wind en licht nodig om te groeien. Het overstromingsgebied van de Schelde zorgde eeuwenlang voor de ideale ecologische omstandigheden. De economische invloed van wijmenteelt voor deze gebieden was zeer groot. Wijmen waren namelijk het basismateriaal voor het maken van vlechtwerk voor manden, korven en andere soortgelijke producten. Hierdoor gingen mandenmakers zich vestigen waar wijmen geteeld werden. Er werden ook wijmen verzonden naar steden zoals Brussel, Gent, Antwerpen en Mechelen voor de productie van allerlei mandenwerk, waardoor de economie in de gebieden rond de Schelde opbloeide. Men schat dat er jaarlijks tot 50 000 bussels verkocht werden, goed voor een opbrengst van 87 500 frank. Het overgrote deel was bestemd voor de export naar het buitenland, slechts een vierde bleef in België. 
Net zoals alle andere dingen had dit ook een einde. De grootste oorzaak van de teloorgang van deze oude stiel was de steeds toenemende vraag naar producten vervaardigd in plastiek en andere kunststoffen in de jaren na de Tweede Wereldoorlog. Vandaag de dag is mandenmakerij in België bijna volledig verdwenen. Het wordt alleen nog maar beoefend voor recreatieve of toeristische doeleinden.

Wissenhandel De Wolf: Over
bottom of page